Alwis is een organisatieadviesbureau gericht op het ontwikkelen van nieuw ondernemerschap, versterken van kennis in organisaties en het vinden van oplossingen voor minder alledaagse problemen in organisaties. O.a. ondersteunen van de directie bij de uitvoering van de reorganisatie van het bedrijf, business coaching, nieuwe mediavormen voor versterking van ondernemerschap in en om het mbo, invoeren van innovaties in het onderwijs en het maken van analyses van organisaties om te komen tot betere prestaties.
Alwis is opgericht door Jack Biskop, ondernemer en oud-politicus, en bouwt voort op de ervaringen die Jack de afgelopen jaren in verschillende organisaties en in zijn eigen ondernemingen heeft opgedaan.
Naast Jack Biskop worden opdrachten uitgevoerd door Anja Jongenelen, die een jarenlange ervaring meebrengt uit overheid (o.a. krijgsmacht en politie), maar ook als ondernemer in de zakelijke dienstverlening en logistiek.
Wat betekent Alwis?
In het Alvíssmál, een lied uit de Edda wordt Alwis als alwetende dwerg genoemd en aangesproken door Thor om hem een deel van zijn kennis door te geven. Thors dochter, Thrud, was aan Alwis beloofd, maar Thor bedacht een plan om dat huwelijk te voorkomen. Hij vertelde Alwis dat hij vanwege zijn geringe lengte zijn wijsheid eerst moest bewijzen. Alwis stemde daarin toe, maar Thor liet het testen duren tot na zonsopgang. Alle dwergen veranderden in steen als ze aan zonlicht werden blootgesteld, dus versteende Alwis en Thrud bleef ongehuwd.
Deze sage vertelt van het belang van kennisdeling en dat het ook niet al te lang mag duren. De juiste kennis op het juiste moment en in een vlot tempo; daar komen organisaties verder mee en Alwis weet dat als geen ander.
Jack M. Biskop stelt zich voor:
Na te zijn opgeleid als onderwijspsycholoog heb ik korte tijd gewerkt bij het Nijmeegs Instituut voor Onderwijsresearch. Het project betrof de bestuursstructuur van het voortgezet onderwijs. Omdat ik meer in het veld wilde werken, ben ik gestart bij een onderwijsbegeleidingsdienst waar ik voornamelijk betrokken was bij de talentontwikkeling van jonge kinderen.
Mijn politieke interesse begon al tijdens mijn studie en kort daarna ben ik van 1982 tot 1986 lid geweest van de gemeenteraad. Het starten van een gezin en een bedrijf (eerst in ICT; later als psycholoog) kostte zoveel tijd, dat het politieke werk korte tijd bleef liggen. Maar enkele jaren later werd ik lid van Provinciale Staten van Noord-Brabant voor een periode van 12 jaar.
In mijn eigen onderneming ging en gaat het vooral om het verbeteren van prestaties van mensen en organisaties. Heldere doelen en een goede manier van samenwerken brengen organisaties verder. ‘Als je niet weet waar je naar toe gaat, is elke weg de juiste weg’, zong George Harrison ooit. Om een organisatie op gang te krijgen is het daarom nodig om met elkaar het doel duidelijk te hebben. De weg ernaar toe wordt dan een stuk eenvoudiger. En die weg leg je af met de mensen samen. De juiste man of vrouw op de juiste plaats en vooral gelegenheid geven om te ontwikkelen.
In politiek gaat het eigenlijk om dezelfde dingen. De overheid schept de voorwaarden voor mensen om hun talenten te ontwikkelen. In mijn politieke werk heb ik steeds geprobeerd mensen en organisaties bij elkaar te brengen naar een gezamenlijk doel. Als onderwijswoordvoerder is mijn aandachtspunt er steeds op gericht geweest om ervoor te zorgen dat mensen die iedere dag weer op scholen het beste ervan maken, zich gesteund weten door heldere beleidsmaatregelen. Studenten en leerlingen doen iedere dag weer hun best om hun talent te ontwikkelen. Docenten en managers doen op hun manier hun best om hen daarin te ondersteunen. Mijn drijfveer is ‘gewoon goed onderwijs’ voor alle betrokkenen in het onderwijs. Docenten, ouders, studenten en managers willen maar al te graag. De overheid treedt alleen dan op als anderen het laten afweten.
Zowel in het politieke leven als in het zakelijke leven heb ik steeds oog voor internationale verhoudingen en betrekkingen. Mijn hele leven heb ik aan de Nederlandse grens met België gewoond. Wat een grens betekent in het leven van mensen, heb ik aan den lijve meegemaakt. Ik heb ook de veranderingen gezien die kwamen met de ontwikkeling van de Benelux eerst en de Europese Unie later. In veel opzichten is de grens verdwenen. Toch zijn er nog veel terreinen waarop de grens wel degelijk een rol speelt. De Benelux-samenwerking heeft de laatste 60 jaar laten zien dat grenzen overwonnen kunnen worden. Het is een uitstekend voorbeeld van internationale samenwerking. Dat werk heeft mij niet alleen een goed inzicht gegeven in het parlementaire werk en wetgevingsproces in de Beneluxlanden, maar ik heb op parlementair en regeringsniveau een goed netwerk opgebouwd (in de Benelux, in Brussel en in onze partnerlanden). Samenwerken betekent voor mij ook het leggen en onderhouden van persoonlijke contacten met parlementariërs en andere betrokkenen bij het beleidsvormende proces in de landen van de Benelux, maar ook in de landen waarmee wordt samengewerkt (zoals de Baltische Assemblee, de Noordse Raad en GUAM) en in Brussel bij verschillende Europese instellingen.
Anja Jongenelen stelt zich voor:
Na de middelbare school koos ik voor een carriére bij de Koninklijke Landmacht. Eerst in een administratieve functie, maar later als klassecommandant, rij-examinator op de vrachtwagen en specialist Nucleaire, Bacteriologische en Chemische oorlogsvoering. Na het afsluiten van mijn militaire loopbaan heb ik het gezin gecombineerd met een eigen bedrijf in de rij-opleidingen. Aansluitend heb ik een periode gewerkt bij het Korps Landelijke Politie Diensten (verkeerspolitie) en bij de regio-politie bij de afdeling Zware Criminaliteit. De laatste jaren ben ik vooral actief geweest in de logistieke sector en ben ik als ondernemer aan de slag gegaan om nieuwe bedrijvigheid te helpen ontwikkelen en bestaande bedrijven te helpen zichzelf opnieuw uit te vinden en beter te gaan presteren.
In een organisatie gaat het wat mij betreft om een paar belangrijke uitgangspunten, die samen te vatten zijn in de gouden regel: zeg wat je doet en doe wat je zegt. In nogal wat bedrijven zie ik gebrekkige vormen van communicatie en te weinig doelgericht overleg; vaak onder het motto: daar hebben we geen tijd voor. Er is klaarblijkelijk wel tijd om voortdurend fouten te herstellen of achteraf zaken goed te doen, die meteen al goed hadden kunnen gaan als er goed gecommuniceerd was geweest. Het tweede deel van de gouden regel slaat op het nakomen van afspraken. Als je iets belooft, afspreekt of toezegt, doe dat dan ook. Of als het niet kan of wanneer je het idee hebt, dat het afgesprokene niet tot resultaten leidt, spreek elkaar er dan op aan!
Vanwege mijn ervaring in zowel overheids- als commerciële organisaties heb ik een breed zicht op wat een organisatie nodig heeft. Na een grondige analyse ga ik graag aan de slag om ervoor te zorgen dat de doelstellingen van de organisatie effeciënter en effectiever worden bereikt.